In Bitcoin, en vele andere cryptocurrencies, wordt de moeilijkheid gemeten tegen een standaard bekend als 'Difficulty 1 Target'. Dit doel, in wezen een groot getal, vertegenwoordigt de oplossing voor de puzzel die miners moeten vinden. Hoe hoger de mining difficulty, hoe onwaarschijnlijker het is om het juiste getal te raden en dus de puzzel op te lossen.
De mining difficulty speelt een essentiële rol bij het handhaven van de balans en veiligheid van het blockchain netwerk - het digitale grootboek waar cryptocurrency transacties worden opgeslagen. Door de moeilijkheidsgraad aan te passen, zorgt het netwerk ervoor dat het tempo waarmee nieuwe blokken worden toegevoegd stabiel blijft. Deze bescherming helpt aanvallen van kwaadwillige actoren te voorkomen.
Het niveau van mining difficulty is niet statisch. In plaats daarvan past het zich aan op basis van de totale rekenkracht van het netwerk in een poging om de aanmaaktijden van de blokken constant te houden. In het geval van Bitcoin gebeurt deze aanpassing ongeveer elke twee weken (of elke 2016 blokken). Als er in de laatste twee weken te snel blokken werden toegevoegd, neemt de moeilijkheid toe; als de blokken te langzaam worden toegevoegd, neemt de moeilijkheid af.